Regeldruk. Een veel ervaren ergernis van kinderopvangondernemers. Van BKR en drie-uursregeling tot minimaal m2 bruto-oppervlakte speelruimte per kind. De regelgeving maakt samenwerking niet zelden tot een complexe organisatie. Bevlogen bepleit de BMK het aantal regels te verminderen.
Minder regels is meer vrijheid en meer verantwoordelijkheid. ‘Geen dichtgeregelde kinderopvang’ is een van de bullets die op de BMK-site glimt. Innovatie en maatwerk is het streven. Wars van betutteling!
Begin dit jaar klonken de eerste geluiden over een opgedoken virus. En die geluiden zwollen in razend tempo aan. Een crisis van ongekende omvang volgde. Plotseling werden alle uitroeptekens vraagtekens.
En wat bleek? De crisis leidt tot een enorme drang aan regels. We willen duidelijkheid en controle. We willen het goed doen en vooral niet verkeerd kiezen. En terecht; onze gezondheid en die van onze kinderen staat immers op het spel, ons welzijn, ons voortbestaan. Het aantal FAQ’s was overweldigend. Uitspraken van de overheid, voorschriften van het RIVM en noodregelingen. Het liefst zwart op wit, sluitend en eenduidig in een protocol.
De rook van de eerste fase van de crisis trekt op en de kinderopvang is weer open. Een moment voor reflectie om de BMK-bullet af te zetten tegen de recente ontwikkelingen.
Het is opvallend dat we van regels af willen, maar in crisistijd juist meer regels zoeken!
Natuurlijk, regels zijn een middel om zekerheid over de uitkomsten te krijgen, zeker in crisistijd. Regels zijn er ter bescherming en houvast. Zonder regels ontstaan grijze delen, waarover conflict kan ontstaan. Zonder regels stort ons land in.
Maar teveel starre regelgeving slaat dood en dat dulden we niet. Dus hoe vinden we de balans?
De lijst van regels voor kinderopvang is lang. Waar streeft de regeldrift het doel voorbij? En worden bestaande regels ook wel eens opgeheven? Het blijkt zeer lastig om onwerkbare regelgeving terug te dringen.
Kinderopvang heeft in deze crisis meer dan ooit laten zien waartoe ze in staat is, gedegen en flexibel. Ons streven naar minder regels blijft onverminderd doorgaan, maar met de lessen die we trekken uit deze crisissituatie: duidelijke kaders zijn nodig, maar mét ruimte om te doen waar onze organisaties goed in zijn. Dit vraagt om vertrouwen en loslaten. Alleen dan ontstaat ruimte voor de vraag wat essentieel is en ruimte voor de basiswaarden die ten grondslag liggen aan het werk.
Heb jij voorbeelden hoe jouw organisatie de ruimte heeft genomen om te doen wat nodig is? Hoe hebben jullie dit aangepakt? We zijn heel benieuwd!
Deel je voorbeelden van ‘ruimte-tussen-de-regels’ met ons. Zo blijven we doen wat goed is voor kinderen in plaats van slechts te voldoen aan regelgeving.
Door: Ellen Monteban (beleidsmedewerker)