Code Goed Toezicht
Begin 2005 zette ik mijn eerste stappen als lid van een raad van toezicht bij een grote kinderopvangorganisatie in het oosten van het land. Wat een verschil met het toezichthouderschap van nu! Via een collega in de zorg, waar ik toen nog werkte op strategisch niveau, werd ik aanbevolen bij de toenmalige bestuurder. Na een informeel gesprek met de bestuurder en kennismaking in de vergadering van de raad van toezicht werd ik benoemd. Hoewel ik zelf vanuit maatschappelijke betrokkenheid met kinderopvang mezelf beschikbaar stelde, lag de nadruk toentertijd vooral op financiën, naleving wet- en regelgeving en hard controls. Verantwoording was vooral een formele verplichting en reactief. Wat een verschil met hoe we nu met de Code Goed Toezicht werken aan een proactief handelen van een raad van toezicht! Van een geformaliseerd toezicht naar een toezicht dat zowel als team en individueel werkt vanuit het besef van een maatschappelijke verantwoordelijkheid naar kinderopvang en onderwijs.
Bewegen naar een waardegericht toezicht
Op dit moment ben ik zelf bestuurder van een kinderopvangorganisatie en toezichthouder binnen onderwijs. In die twee verschillende rollen heb ik de afgelopen jaren die verschuiving gemerkt van het geformaliseerde en resultaatgerichte toezicht naar een toezicht wat zich wil bewegen naar een waardegericht toezicht. Zelf heb ik te maken met toezichthouders die kinderopvang en onderwijs van vitale betekenis vinden voor de maatschappij voor de ontwikkeling van kinderen. Maar wanneer je gewend was vooral op basis van hard controls toezicht te houden en de governance code gebruikte als checklist voor goed toezicht, kan het moeilijk zijn om de omslag te maken. Zowel met collega bestuurders als collega toezichthouders heb ik hier gesprekken over. Hoe doe je het goede? Hoe kun je je maatschappelijke opdracht concreet maken zodat de ‘morele eigenaren’, kinderen en hun ouders goede opvang en onderwijs ervaren? De ervaringen van collega’s zijn divers; van toezichthouders die het liefst vasthouden aan de hard controls, omdat die makkelijker zijn te vatten tot toezichthouders die zo betrokken zijn dat ze op de stoel van bestuurders lijken te kruipen. De Code Goed Toezicht kan hierbij een goede leidraad zijn om in dialoog te gaan, want dat is dé sleutel als het gaat om de maatschappelijke opdracht.
Zoeken en voeren van de dialoog
Het zoeken en voeren van de dialoog met alle belanghebbenden is daarbij de kernactiviteit. Zelf heb ik zowel als bestuurder als in de rol van toezichthouder gemerkt dat wanneer het niet lukt om over ‘de bedoeling’ van de organisatie met elkaar in gesprek te gaan tijdens een raad van toezichtvergadering, het helpt om dit in commissies te doen of tijdens een themabijeenkomst. Maar het begint met bewustwording en vanuit een intrinsieke motivatie van de toezichthouder voor de ontwikkeling van kinderen, leerlingen en studenten. Bij de selectie van een nieuwe toezichthouder zou dit, naast een doordachte en diverse samenstelling, hét kernselectiecriterium moeten zijn in mijn ogen.
Concrete handvaten
Heel mooi is dat deze Code Goed Toezicht versterkend werkt op de nieuwe Governance Code Kinderopvang. Ook hierin staat de maatschappelijke opdracht en kwaliteit van kinderopvang voorop en zijn ze verwoord in ‘beginselen’ die overeenkomen met de principes van de Code Goed Toezicht. Waar de Code Goed Toezicht verder in gaat is dat deze handvaten geeft waar een raad van toezicht met de bestuurder concreet mee aan de slag kan. Ik zie de Code Goed Toezicht daarom niet als een keurslijf wat je op de letter moet volgen, maar als een richtinggevend ontwikkelpad. Als je visie is als toezichthouder, dat je kinderen/studenten wil ontwikkelen voor de toekomst zal je als toezichthouder dat ook moeten doen; Practise what you preach, geef het goede voorbeeld!
Inmiddels ben ik oma van twee kleinkinderen en realiseer me des te meer dat in deze veranderde wereld de zoektocht als lid van de raad van toezicht om ‘het goede’ te doen nooit klaar is!
Tineke Onink is bestuurslid bij de BMK en heeft ervaring binnen de zorg, kinderopvang en onderwijs.