De gezamenlijke brief van de BMK, BOinK, SWN, BK en FNV zorg & welzijn waarover we op 5 april berichtte, heeft effect gesorteerd. In deze brief deden we een oproep aan kamerleden om niet in te stemmen met de voorstelde uitwerking van de motie Yücel/Ulenbelt en het vierogenprincipe niet door te voeren op de BSO.
Twee dagen later vond een overleg plaats waarin dit onderwerp schriftelijk besproken werd, het Ontwerpbesluit Kwaliteit Kinderopvang en Peuterspeelzaalwerk. Als gevolg van onze bief hebben de VVD, D66, GL, SP en de PvdA in dit overleg de Minister vragen gesteld over het vierogenprincipe.
In de genoemde motie Yücel/Ulenbelt wordt de regering verzocht om het vierogenprincipe op te nemen als een verplicht onderdeel van het veiligheidsplan, en – in lijn met de aanbevelingen van de commissie Gunning – wettelijk te verankeren voor de opvang van nul tot vierjarige kinderen. Bij de uitwerking van deze motie is er echter voor gekozen om het vierogenprincipe ook door te voeren in de BSO. Dit hadden de indieners van de motie níet voor ogen.
Want voor de groep van 4 tot 12-jarigen heeft het doorvoeren van het vierogenprincipe grote gevolgen voor de prijs en het aanbod van activiteiten voor kinderen. Hogere prijzen en daarmee een beperking van de toegankelijkheid met het risico op verschraling van het aanbod zijn het gevolg! Daarom verzoeken de BMK en de andere partijen uit de sector om in lijn met de motie Yücel/Ulenbelt, de aanbevelingen van de commissie Gunning te volgen!
Het wachten is nu op het antwoord van de Minister.
Brief Kamercommissie SZW ivm AMvB IKK – 030417