In vrij korte tijd heeft de Branchevereniging Maatschappelijke Kinderopvang (BMK) een plek verworven in de kinderopvangbranche. Hoe staat het er sinds de oprichting in april voor? Een gesprek met BMK-voorzitter Kathalijne Buitenweg.
Het zijn drukke tijden voor de BMK. Deze week werd een samenwerking met Sociaal Werk Nederland aangekondigd, werd een eigen pand betrokken, twee nieuwe medewerkers aangenomen en twee wetsvoorstellen ingediend waar vanuit de BMK een visie op gevormd gaat worden. Stil zit Buitenweg, voormalig Europarlementariër voor Groen Links, in ieder geval niet in de ruim twee dagen per week die ze voor de BMK per week werkt.
Verschil in de branche
Sneller dan ze dacht schoof Buitenweg namens de BMK aan bij brancheoverleg in Den Haag en bij overleggen met de PO-Raad, BOinK, de Brancheorganisatie Kinderopvang en Sociaal Werk Nederland. ‘Dat is heel snel gegaan. In Den Haag was het al gebruikelijk om ook individuen uit te nodigen. De verschillende opvattingen binnen de branche over marktwerking waren bekend. Ik denk dat onze aanwezigheid daarom ook al snel gewoon was voor iedereen.’
Directe financiering
De branchevereniging begon klein, maar heeft inmiddels 51 leden die samen 27 procent van de brancheomzet vertegenwoordigen. ‘Vanaf 1 januari 2017 gaan we volop functioneren’, vertelt Buitenweg. Het eerste half jaar was nodig om onze dienstverlening op te zetten, een plek te verwerven en een visie te vormen over lopende dossiers zoals de harmonisatie, directe financiering, kwaliteitsimpuls en permanente educatie. ‘Bij de directe financiering waren we al snel inhoudelijk betrokken. We hebben ons over dit plan positief uitgelaten omdat we denken dat het daarmee voor ouders inzichtelijker wordt hoeveel de opvang van hun kind netto kost.’
Publieke sector
De leden van de BMK verwachten niet alleen informatievoorziening, maar ook een lobby. ‘Want kinderopvang moet een publieke sector worden’, vindt Buitenweg. ‘Met voorzieningen waar alle kinderen, ongeacht of ouders werken, terecht kunnen. Met een innige samenwerking met het onderwijs waar doorgaande leerlijnen vanzelfsprekend zijn.’ Commerciële kinderopvangorganisaties zijn niet aangesloten bij de BMK. ‘We willen dat leden onze missie voor kinderopvang zonder winstoogmerk onderschrijven en daar ook naar handelen.’
Samenwerking Brancheorganisatie
Er is contact met de Brancheorganisatie Kinderopvang. ‘Waar we elkaar vinden, trekken we samen op. Maar natuurlijk zijn er verschillen. Brancheorganisatie Kinderopvang wil niet tornen aan het marktmechanisme. Maar waar we elkaar vinden, trekken we samen op. Zo staan we allebei in grote lijnen achter het SER-voorstel voor kinderopvang als basisvoorziening.’
Meerwaarde kinderopvang
Wat de BMK-voorzitter ook opvalt sinds ze zich heeft ondergedompeld in de kinderopvang, is dat profilering van de meerwaarde van kinderopvang en de professionaliteit van de pedagogisch medewerker nog in de kinderschoenen staat. ‘Er is bijvoorbeeld best veel angst om bij een samenwerking door het onderwijs opgeslurpt te worden. Dat terwijl de kennis en ervaring van pedagogisch medewerkers echt een aanvulling is op die van leerkrachten. Dat wordt ook in het onderwijs steeds meer op waarde geschat. We moeten leren om de meerwaarde voor de talentontwikkeling van kinderen te laten zien, ook aan ouders.’
Nieuwe regering
Buitenweg heeft goede hoop dat, ongeacht de politieke kleur van het kabinet, het SER-advies terug te zien zal zijn in het regeerakkoord. ‘In de meeste partijprogramma’s lees je de wens terug voor integrale kindcentra, doorgaande leerlijnen en een laagdrempelige toegankelijkheid.’ Ze heeft ook al bedacht waar de kinderopvang straks het beste vertegenwoordigd wordt: ‘bij het huidige OCW: dat dan herdoopt moet worden tot Ministerie van Ontwikkeling, Wetenschappen en Cultuur. Want de ‘O’ van onderwijs is toch echt te mager.’
Dit bericht is overgenomen van Kinderopvangtotaal en is geschreven door Marianne Velsink.