Ben Tiggelaar schreef een lekker leesbaar boek “Dromen, durven, doen” over het managen van veranderingen. Het zijn drie woorden met een mooie betekenis. Maar het venijn zit volgens Tiggelaar in de staart: “We weten misschien wel wat we willen bereiken, we weten soms ook wel wat we moeten doen maar hoe we onszelf kunnen motiveren om te beginnen en ook echt vol te houden dát blijft de belangrijkste vraag”. Ofwel: je zult zelf de stap moeten zetten van dromen, naar durven en doen! Ook binnen organisaties.
Drie maanden geleden zou iedereen de huidige Corona pandemie als een boze droom hebben afgedaan. Niemand geloofde dat dit werkelijkheid kon worden. Maar alles blijkt mogelijk. Laten we daarom vooral dromen over een wereld waarin we onze lessen geleerd hebben en waarin we het geleerde in praktijk brengen.
In deze crisis zie ik de veerkracht van Nederland. Saamhorigheid voor elkaar ontstaat. De behoefte om anderen te helpen groeit. Mensen bieden hulp aan en willen iets betekenen voor een ander. Door de crisis komen de weeffouten in ons systeem naar voren en zien we mogelijkheden om onze samenleving en economie weer kloppend te maken. Ontzettend waardevol al die ideeën en positieve instelling. Laten we dat vasthouden, ook als de crisis voorbij is. Ik heb altijd al meer gehad met mensen die positief denken, kansen zien en buiten de lijntjes kleuren.
En zeker in deze crisistijd zie ik in de kinderopvang veel daadkracht en creativiteit; dat maakt me trots. De sluiting van kinderopvang en scholen was nog maar nauwelijks afgekondigd of we hadden de noodopvang al gerealiseerd. Juist kinderen van ouders werkzaam in cruciale beroepen en kwetsbare kinderen in onveilige thuissituaties hadden ons nu nodig. En natuurlijk onderhouden we contact met ouders en kinderen die geen gebruik kunnen maken van de opvang. We ondersteunen hen waar mogelijk en bieden kinderen een leeftijdsgericht aanbod. En voor de ouders werkzaam in de vitale sectoren die 24 uurs diensten draaien, hebben we in no time 24 uurs opvang in het leven geroepen. En als klap op de vuurpijl konden we afgelopen vrijdag aan iedereen vertellen dat de compensatieregeling voor ouders een feit is.
Dit kunnen we alleen samen realiseren; medewerkers, ouders, overheid, en sociale en samenwerkingspartners. We zetten er met elkaar de schouders onder en dat wordt duidelijk opgemerkt en erg gewaardeerd. “De kinderopvangsector heeft hierbij bewezen een sterke, flexibele sector te zijn, met een groot innovatief vermogen. De pedagogisch medewerkers hebben hart voor de zaak en werken ook in deze uitdagende tijden hard door om kwalitatief goede kinderopvang te bieden”, zo staat in de Kamerbrief van SZW (17 april). We laten zien dat we een onmisbare sector zijn die de maatschappij mede draaiende houdt. En dat we met onze unieke expertise oog hebben voor de maatschappelijke invulling van onze kerntaak; de ontwikkeling van kinderen. Mooi staaltje van durven en doen!
We komen in een volgende fase
De stroomversnelling van de afgelopen weken, maakt langzaam maar zeker plaats voor de volgende crisisfase. De zorg blijft cruciaal. De economische en de maatschappelijke impact van de crisis wordt steeds zichtbaarder. De fase waarin we terechtkomen gaat over versoepeling, blijvende bestrijding, nazorg en herstel.
Dinsdag 21 april kondigt het kabinet aan of de corona maatregelen kunnen versoepelen of niet. Ook zal premier Rutte laten weten of kinderopvang en onderwijs weer open gaan. De afgelopen weken hebben we – met onze partners BK en BOinK – daarover veel overlegd met de ministeries SZW en OCW en betrokken organisaties zoals de PO-Raad, VNG, FNV, Voor Werkende Ouders en Ouders & Onderwijs.
Onderwerp van gesprek zijn de verschillende scenario’s – hoe organiseren we bijvoorbeeld de 24/7 opvang als de reguliere opvang weer open kan? En onder welke randvoorwaarden? Want zijn er voldoende medewerkers beschikbaar? Hoe zorgen we voor de 1,5 meter afstand tussen ouders en medewerkers? En zijn extra hygiëne maatregelen noodzakelijk? En ook; hoe zorgen we ervoor dat medewerkers zich veilig voelen? En moet de Kinderopvang geleidelijk dan wel gelijktijdig met het Onderwijs open gaan? Zoals je je kan voorstellen zijn we samen druk bezig voor de kinderopvang, protocollen op te stellen voor de zogeheten ‘1,5 meter-samenleving’.
Wij vertrouwen erop dat het kabinet de gezondheid van kinderen en medewerkers voorop stelt in haar besluitvorming. Als de kinderopvang weer open gaat, staan wij als branche klaar om onze verantwoordelijkheid te nemen en onze deuren weer te openen. Dat is voor kinderen en ouders van groot belang.
En bij deze volgende fase hoort ook een andere werkwijze. Met meer ruimte voor gesprek en een wijdere horizon; we kijken verder vooruit. En we bieden ruimte voor zorgen en vragen. En we zijn eerlijk over onze opgaven en (on)mogelijkheden.
Oproep aan andere sectoren
Ik roep iedereen in kinderopvang en onderwijs op om buiten de gebaande paden te denken en buiten de lijntjes te kleuren! Laten we focussen op mogelijkheden. Laten we de komende weken en maanden heel veel Dromen, Durven en Doen!
Ik doe hierbij een oproep aan iedereen die werkt in kinderopvang en het primaire onderwijs en aan zorg, welzijn en sport. Laten we gezamenlijk aandacht hebben voor de kinderen, ieder vanuit de eigen expertise. Laten we hen een mooie tijd geven met ruimte voor wat er bij hen leeft, en rust en vertrouwen. Vanuit rust en vertrouwen ontwikkelen kinderen zich, met kleine en grote stappen. Laten we samen met de kinderen en de ouders het gesprek voeren hoe zij deze crisisperiode hebben ervaren en wat zij nodig hebben de komende tijd.
Onze expertise ligt in het domein van het jonge kind, de brede buitenschoolse talentontwikkeling en in de ondersteuning van ouders in de combinatie van arbeid en zorg. We hebben elkaar nodig in het belang van het kind. Want juist het inzetten van alle expertise die we samen hebben, maakt dat onderwijs, sport, zorg, welzijn en kinderopvang, kinderen optimaal kunnen begeleiden in hun ontwikkeling. Altijd al maar zeker in deze tijd!
Wie doet er mee?
Monique Vreeburg, voorzitter a.i. BMK