Vanaf 1 juli 2024 veranderen de kwaliteitseisen voor de buitenschoolse opvang (bso) en de dagopvang. De bso kan door de aanpassingen meer activiteiten aanbieden die passen bij de ontwikkeling van de kinderen.
In de dagopvang mogen beroepskrachten in opleiding onder voorwaarden een ‘vast gezicht’ (vaste beroepskracht) zijn voor de kinderen. Deze aanpassing moet werkdruk en roosterproblemen door personeelstekort verminderen. Zie dit factsheet voor meer informatie. De aanpassingen zijn eind maart gepubliceerd. Het besluit vind je hier en de tekst van de regeling vind je hier. Hieronder vind je informatie over de BKR-tool en antwoorden op enkele vragen over de wijzigingen die in de afgelopen maand zijn gesteld.
Beroepskracht-kindratio (BKR) op kindercentrumniveau op de BSO
BKR-tool (1ratio.nl)
De BKR-tool op 1ratio.nl (in de tool vind je zowel dagopvang als BSO) biedt de mogelijkheid om te rekenen met de huidige BKR én alvast met de BKR die geldt vanaf 1 juli 2024.
(NB: In de tool die geldt vanaf 1 juli 2024, is een fout bij de afronding ontdekt. Zoals in de nieuwe regelgeving is opgenomen, moeten houders naar boven afronden als de uitkomst na de komma 18 of hoger is. De BKR-tool blijkt dat niet in alle gevallen te doen. Het ministerie laat deze fout uiterlijk 1 juli 2024 herstellen. Gebruikers van deze BKR-tool worden geadviseerd om de uitkomst na te rekenen en indien wenselijk vanaf 1 juli nogmaals de BKR-tool in te vullen. Excuses voor het ongemak.)
De formule die is opgenomen in de regelgeving is (A x 0,1) + (B x 0,083). A staat voor het aantal kinderen op het kindercentrum in de leeftijd van 4 t/m 6 jaar. B staat voor het aantal kinderen op het kindercentrumniveau in de leeftijd van zeven jaar tot de leeftijd waarop het basisonderwijs eindigt. Een uitkomst van de berekening van ,18 of hoger moet naar boven worden afgerond.
Voorbeeld 1: Op een dag zijn er 16 jongere kinderen en 6 oudere kinderen. Er moeten dan 2 beroepskrachten aanwezig zijn. (16 x 0,1) + (6 x 0,083) = 2,098. Dit is lager dan 2,18, dus afronden naar beneden.
Voorbeeld 2: Op een dag zijn er 30 oudere kinderen aanwezig. Er moeten drie beroepskrachten aanwezig zijn. 30 x 0,083 = 2,49. Dit is hoger dan 2,18, dus afronden naar boven.
Ik kom bij de berekening van de nieuwe BKR niet op hetzelfde aantal beroepskrachten uit als in de huidige BKR, klopt dit?
Het kan voorkomen dat bij sommige aantal/leeftijd-combinaties de uitkomst van de nieuwe BKR-berekening (zie formule hierboven) afwijkt van wat de uitkomst in de huidige situatie zou zijn. Het uitgangspunt bij de nieuwe berekening is dat deze zoveel mogelijk overeenkomt met de huidige situatie. In enkele situaties wijkt het naar beneden af (1 beroepskracht minder) en in enkele situaties naar boven (1 beroepskracht meer).
Andersgekwalificeerde beroepskracht op de BSO
Wat verandert er aan de inzet van andersgekwalificeerde beroepskrachten?
Met de wijziging wordt het mogelijk om andersgekwalificeerde beroepskrachten onder voorwaarden formatief in te zetten. Een andersgekwalificeerde beroepskracht is iemand met een deskundigheid, die door een andere beroepsachtergrond, talent of expertise kan bijdragen aan de ontwikkeling van kinderen. Tot 1 juli 2024 kunnen deze personen alleen bovenformatief worden ingezet.
Hoeveel procent van de formatie mag uit andersgekwalificeerde beroepskrachten bestaan?
Bij de formatieve inzet van andersgekwalificeerde beroepskrachten geldt een maximum van 33 procent van de formatie. Voor stagiaires geldt ook een maximum van 33 procent. Binnen het maximum van (tijdelijk) 50 procent voor beroepskrachten in opleiding, kan maximaal 33 procent bestaan uit andersgekwalificeerde beroepskrachten en/of stagiaires. Bijvoorbeeld: als 33 procent van de formatie bestaat uit andersgekwalificeerde beroepskrachten, mogen er geen stagiaires meetellen in de formatie. Er blijft in dit voorbeeld nog 17 procent over voor het formatief inzetten van beroepskrachten in opleiding.
Moet een andersgekwalificeerde beroepskracht een Verklaring Omtrent Gedrag hebben en ingeschreven staan in het Personenregister Kinderopvang?
Ja, een andersgekwalificeerde beroepskracht moet een Verklaring Omtrent Gedrag hebben en ingeschreven staan in het Personenregister Kinderopvang. De houder moet de andersgekwalificeerde beroepskracht inschrijven in het Personenregister Kinderopvang en koppelen aan het kindercentrum. Dit moet gebeuren voordat de andersgekwalificeerde beroepskracht gaat werken in de buitenschoolse opvang.
Beroepskracht in opleiding als vaste beroepskracht in de dagopvang
In BKR-tool op 1ratio.nl vind je zowel een tabblad dagopvang als BSO.
Wat is een beroepskracht in opleiding?
Een beroepskracht in opleiding is degene die een arbeidsovereenkomst heeft met de houder van een kindercentrum en voor het praktijkdeel van de opleiding belast is met de verzorging, de opvoeding en het bijdragen aan de ontwikkeling van kinderen bij een kindercentrum (artikel 1.1 van de Wet kinderopvang). Dit kan een persoon zijn die de beroepsbegeleidende leerweg (BBL) volgt, een in de Cao Kinderopvang gedefinieerde pedagogisch medewerker in ontwikkeling, een hbo-student die een duale leerroute volgt of een student die de derde leerweg (overig onderwijs) volgt. Stagiaires, zoals een student van de beroepsopleidende leerweg (BOL), vallen niet onder de definitie van beroepskracht in opleiding.
Mag ik een beroepskracht ook als ‘vast gezicht’ (vaste beroepskracht) inzetten in de voorschoolse educatie?
Nee, de wijziging is niet van toepassing op voorschoolse educatie. Beroepskrachten in opleiding mogen niet in de voorschoolse educatie ingezet worden, dus ook niet als ‘vast gezicht’
Een beroepskracht in opleiding kan alleen als ‘vast gezicht’ (vaste beroepskracht) worden toegewezen als het eerste leerjaar van de kwalificerende opleiding aantoonbaar is afgerond. Wat betekent dit voor verkorte opleidingen?
Als de beroepskracht in opleiding een opleiding van één jaar volgt, kan deze pas als ‘vast gezicht’ (vaste beroepskracht) worden toegewezen na afronding van de hele opleiding. Het doel van het afronden van het eerste leerjaar is dat een beroepskracht in opleiding al vakkennis en/of praktijkervaring heeft opgedaan. Dit helpt bij het herkennen van signalen en behoeften van kinderen en daar passend op in kunnen spelen.
Geldt de inzet van beroepskrachten in opleiding als ‘vast gezicht’ (vaste beroepskracht) alleen voor de dagopvang (0-4 jaar?)
De mogelijkheid om beroepskrachten in opleiding als vaste beroepskracht (vast gezicht) in te zetten geldt alleen voor de dagopvang. Op de buitenschoolse opvang geldt het vastegezichtencriterium niet.
Klopt het dat beroepskrachten in opleiding die als ‘vast gezicht’ (vaste beroepskracht) worden ingezet meetellen in de beroepskracht-kindratio?
Een beroepskracht in opleiding kan alleen een ‘vast gezicht’ (vaste beroepskracht) zijn als de houder hem of haar kan meetellen in beroepskracht-kindratio. De verruiming van de inzet van beroepskrachten in opleiding is met twee jaar verlengd. Dit betekent dat tot 1 juli 2026 50% van de minimaal in te zetten beroepskrachten mag bestaan uit beroepskrachten in opleiding. Deze wijziging en de toelichting hierop vind je hier.
Geactualiseerd bericht BMK: 22 juli 2024
Originele bericht BMK: 27 mei 2024 |