Vanuit de BMK hebben wij op het Voorstel van wet tot wijziging van de Wet kinderopvang in verband met een structurele regeling voor meertalige dagopvang gereageerd. Dit kan tot uiterlijk a.s. dinsdag 31 januari via deze site.
Hieronder staat onze reactie op het voorstel tot wijziging.
Een aantal van onze leden, maatschappelijke kinderopvangorganisaties, heeft deelgenomen aan het experiment meertalige dagopvang. Zij zijn te spreken over de mogelijkheden en positieve gevolgen van meertalige dagopvang. Het heeft positieve effecten op kinderen, zowel in de taalstimulering van beide talen, als pedagogisch positieve gevolgen (zoals de sociaal-emotionele veiligheid). Er zijn positieve gevolgen voor ouders, onder meer in het kader van inclusie. Ook voor pedagogisch professionals biedt dit kansen om (meer) in de eigen taal hun mooie vak uit te kunnen oefenen. Voor de branche als geheel is het een positieve ontwikkeling, omdat het uiting geeft aan inclusiviteit en zelfs mogelijkheden biedt voor het personeelstekort. Dit laatste is alleen het geval indien in de lagere regelgeving de eisen aan beide taalniveaus niet te hoog zijn. Indien beide pedagogisch professionals zowel Nederlands als de andere taal op 3F niveau moeten spreken, zal het erg moeilijk of haast onmogelijk worden om deze mensen te vinden.
We vragen om aandacht te houden voor hoe toezicht wordt vormgegeven op dit onderdeel en waarom is gekozen voor het hanteren van de 50 procent per dag. Het voornemen om een maximum van 50 procent per dag te hanteren strookt niet met wat er uit het onderzoek blijkt. Laat de nadruk niet liggen op toezicht en handhaving op percentages, maar op de dialoog en welke mate, insteek en beleid het beste past bij de pedagogische praktijk en de kwaliteit. Laat het welbevinden van kinderen in de praktijk prevaleren. Dit zal dus per regio, misschien zelfs wel per wijk, verschillen. Dat vraagt om maatwerk. Dit vraagt ook om principle based toezicht, waar bijvoorbeeld in het recente rapport Effectonderzoek Toezicht en Handhaving kinderopvang in opdracht van het Ministerie van SZW ook toe wordt opgeroepen.
We pleiten er ook voor om niet op voorhand de voorschoolse educatie (VE) uit te sluiten voor deelname aan meertalige opvang, maar te zoeken naar mogelijkheden en voorwaarden waarop meertalige opvang wél het belang van de kinderen in de VE dient. Tot slot zouden wij graag voor de toekomst met elkaar zoeken naar mogelijkheden om ook andere talen mogelijk te maken dan alleen Engels, Duits en Frans. We begrijpen de onderbouwing in de memorie van toelichting, maar zouden in het kader van culturele diversiteit breder willen inzetten. Daar kan onder meer kennis en ervaring over de grens een bijdrage aan leveren.
Het experiment heeft laten zien dat de ontwikkeling van twee talen wordt gestimuleerd én dat de Nederlandse taalontwikkeling hier niet onder lijdt. Meertalige dagopvang biedt voordelen zowel voor kinderen die Nederlands als thuistaal hebben, als voor kinderen voor wie Nederlands een vreemde taal is. Zulke positieve resultaten roepen op tot méér inzet- en uitrolmogelijkheden. Zodat zoveel mogelijk kinderen (en hun ouders) hiervan kunnen profiteren. Uiteraard niet zonder de juiste voorwaarden. Echter ook niet met té strikte voorwaarden, waardoor de positieve mogelijkheden die deze ontwikkeling biedt worden geremd.
De BMK pleit ervoor dat ieder kind een goede start verdient en dat onze kinderopvang aansluit bij wat er in de buurt, wijk of omgeving nodig is voor kinderen. Daarom denken wij, samen met onze leden, graag mee met het vervolg.