De naderende aanscherping van de beroepskracht kind ratio (bkr) voor baby’s per 1 januari 2019 zorgt voor onrust. Het SEO onderzoek naar de kosteneffecten van deze nieuwe maatregel deed daarom nogal wat stof opwaaien. Op macro niveau laat het onderzoek namelijk zien dat het budget dat daarvoor beschikbaar is gesteld voldoende moet zijn, al ziet staatssecretaris Van Ark wel dat de effecten overal anders zijn.
De sector laat nu een praktijktoets uitvoeren door Bureau Buitenhek om het theoretisch onderzoek aan de praktijk te toetsen. Eind mei verwachten we de uitkomsten van het onderzoek te hebben en zullen aansluitend met de Kamer van gedachten wisselen over actuele thema’s in de kinderopvang, waaronder de bkr voor baby’s. We zetten voor je op een rij wat hier aan vooraf ging.
BMK niet betrokken bij opstelling akkoord
In het IKK akkoord is opgenomen dat de bkr voor nuljarigen van één medewerker op vier kinderen naar één medewerker op drie kinderen gaat. Het akkoord is gesloten vóór de oprichting van de BMK. Op een later moment hebben we ons aangesloten en hebben we meegedacht over de vertaling van de 21 maatregelen naar wet- en regelgeving. De BMK is warm voorstander van maatregelen om de kwaliteit van de babyopvang te verhogen. De nieuwe ratio, één medewerker met drie baby’s in plaats van vier baby’s, is daar een goede mogelijkheid toe. Maar dan moet de babyopvang wel betaalbaar en toegankelijk blijven voor ouders.
Kritisch meekijken
Van meet af aan heeft de BMK kritisch meegekeken naar het effect van de aanscherping van de bkr voor nuljarigen op de kosten. Ook hebben we samen met de andere partijen, aangedrongen op onderzoek naar de kosteneffecten van de bkr. SZW heeft onderzoeksbureau SEO vervolgens opdracht gegeven tot een zogenaamd ex-ante onderzoek. Dit onderzoek voorspelt volgens een theoretisch model, de te verwachten macro kostenstijging; die bedraagt 4,6% volgens SEO, 4,7% als geharmoniseerde peuterspeelzalen buiten beschouwing worden gelaten. In de nota van toelichting op de AMvB is 83 miljoen voor deze maatregel begroot, ter compensatie van de stijging van het uurtarief.
Conclusie van Van Ark
Staatssecretaris Van Ark concludeert in haar brief aan de Kamer, d.d. 16 maart: “met een geraamde macro kostenstijging van 4,9 procent is voldoende rekening gehouden met de verwachte kostenstijging van de aanscherping van de bkr voor baby’s in de dagopvang van 4,6 procent.” Geen vuiltje aan de lucht dus!?
Kanttekeningen SEO onderzoek
Het SEO onderzoek kent echter de nodige kanttekeningen. SEO heeft een gedegen onderzoek uitgevoerd, maar het theoretisch model kan niet alles dekken. De verschillen tussen en de spreiding over organisaties is groot. Over het geheel bezien houdt SEO bij ongeveer 570 (van 2424) organisaties rekening met een verwachte kostenstijging van 10 procent of meer. Bovendien konden niet alle lokale omstandigheden in het theoretisch model verwerkt worden.
BOinK, BK, BMK en SWN: Praktijktoets
Om die reden laten BOinK, BK, BMK en SWN nu een praktijktoets uitvoeren om de uitkomsten van SEO te valideren. De praktijktoets beoogt in kaart te brengen:
- welke kosteneffecten in de praktijk ontstaan door aanpassing van de bkr per 1/1/2019;
- welk onderscheid er is met de door het model van SEO berekende kosteneffecten per groep, locatie, organisatie en op macroniveau en een verklaring voor die verschillen;
- welke oplossingsrichtingen bij kunnen dragen aan een kleinere spreiding van kosteneffecten in de praktijk.
Bureau Buitenhek komt eind mei met resultaten van de praktijktoets.
Hoe nu verder?
De BMK heeft, samen met andere partijen, de Kamer gevraagd om een rondetafelgesprek. Tijdens dit gesprek dat binnenkort plaatsvindt willen we met de Kamerleden onder meer de bkr voor baby’s bespreken. Blijven de kosten binnen de afspraken die daarover gemaakt zijn? Kan de politiek aan kinderopvangorganisaties en aan ouders die gebruikmaken van kinderopvang garanderen dat de kinderopvang betaalbaar blijft?
Wij zijn benieuwd naar de resultaten van het onderzoek van Buitenhek. Wat doen we als de praktijktoets aantoont dat het effect op de kosten groter is dan door SEO voorspeld wordt (macro gezien boven 4,7% uitkomt, of in veel meer gevallen hoger is dan 4,7%)? In dat geval zullen we bij Kamer en kabinet pleiten voor het naar boven bijstellen van het fiscaal maximum of voor het aanpassen hiervan. Van Ark heeft in haar verzamelbrief van 16 maart jl. echter aangegeven dat niet te zullen doen.
Alternatieven
Een tweede optie is te pleiten voor het opnieuw inrichten van de tabel om de bkr te berekenen, zodat de kostenstijging uitkomt op 4,7%. Dat lijkt op korte termijn een ingewikkelde exercitie. In de tussentijd onderzoeken we alternatieven: welke andere maatregelen met een vergelijkbaar of sterker effect op de kwaliteit van de opvang voor baby’s zijn mogelijk? Vooralsnog gaan we uit van inwerkingtreding van de nieuwe bkr op 1 januari 2019. De BMK adviseert haar leden dringend daar nu al voorbereidingen voor te treffen; er is geen tijd te verliezen.