Op 30 oktober vond een plenair debat plaats in de Tweede Kamer over de Stint. Minister Cora van Nieuwenhuizen van Infrastructuur en Waterstaat bood tijdens dit debat haar excuses aan voor de fouten die zijn gemaakt door haar ministerie. Van Nieuwenhuizen erkent dat haar ministerie tekort is geschoten en dat de veiligheid niet voorop stond toen de Stint op de openbare weg werd toegelaten. Er is destijds alleen aan keuringsinstantie RDW gevraagd of het voertuig stabiel genoeg was.
“Er zijn fouten gemaakt. Dat vind ik heel erg pijnlijk en dat spijt mij ook heel erg”, aldus Van Nieuwenhuizen. Eerder hadden PVV, Partij voor de Dieren en GroenLinks om de excuses van de bewindsvrouw gevraagd.
Het plenair debat volgde op de bevindingen van de Onderzoeksraad voor Veiligheid (OVV) half oktober (zie ons bericht hierover). De OVV was kritisch op het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat dat onvoldoende aandacht zou hebben voor de veiligheid bij de toelating van gemotoriseerde voertuigen als de Stints. De problemen zijn volgens de OVV nog niet opgelost. De veiligheidseisen voor bijzondere bromfietsen, de categorie waar de stint onder valt, zijn dan wel aangescherpt, de toelatingsprocedure is dat nog niet.
In de conclusie van het rapport stelt OVV dat niet de minister of Tweede Kamer zou moeten beslissen over de toelating van bijzondere voertuigen op de weg, zoals de Stint. ‘In plaats daarvan moet de onafhankelijke keuringsinstantie RDW hiervoor eindverantwoordelijk worden.’
Luister hier het plenaire debat van de Tweede Kamer op 30 oktober na.
