De PO-Raad is kritisch op het onderzoek van demissionair minister Mariëlle Paul (Primair en Voortgezet Onderwijs) naar het verlagen van de leerplicht en verplichte voorschoolse educatie voor kinderen die dat nodig hebben. Als het demissionair kabinet echt iets tegen kansengelijkheid wil doen, kan zij zich beter richten op toegankelijke kinderopvang.
Demissionair minister Paul liet afgelopen vrijdag aan RTLNieuws weten dat zij onderzoek gaat doen naar het verlagen van de leerplicht van 5 naar 4 jaar en het verplichten van de voorschool voor kinderen vanaf 2,5 jaar ‘die dat echt nodig hebben’.
Op dit moment gaat 97 procent van de vierjarigen al naar school. Volgens de PO-Raad doet het verlagen van de leerplicht dan ook weinig voor het vergroten van de kansengelijkheid. In 2010 adviseerde de Onderwijsraad ook om de leerplicht niet te vervroegen.
Maak voorschoolse educatie toegankelijk
De PO-Raad vindt het uiteraard heel erg belangrijk dat zoveel mogelijk kinderen die baat hebben bij voorschoolse programma’s die ook kunnen volgen. Maar wij betwijfelen of een verplicht karakter de beste manier is om dit te stimuleren. Programma’s voor voorschoolse educatie zijn namelijk meestal gekoppeld aan de kinderopvang; ouders weten door administratieve rondslomp en ‘toeslagenangst’ deze programma’s niet altijd te vinden.
Wij pleiten daarom voor toegankelijke kinderopvang en daarmee voor toegankelijke vroegschoolse educatie, zonder financiële en administratieve drempels. Dat werkt beter dan een extra verplichting.
Het demissionair kabinet en de formerende partijen kunnen hiermee aan de slag door de zogenaamde arbeidseis voor vergoeding van de kinderopvang te laten vervallen. Alle kinderen kunnen dan naar de voorschool, ook als hun ouders niet werken. Daar leren ze samen spelen en wordt hun ontwikkeling begeleid door geschoolde professionals, met extra aandacht voor de kinderen die dit nodig hebben. Daarmee kunnen achterstanden al voor het vierde levensjaar worden gesignaleerd én voorkomen. Bron: PO-Raad
Reactie Branchevereniging Maatschappelijke Kinderopvang (BMK)
De BMK is het hartgrondig eens met de PO-Raad. Geert de Wit, waarnemend voorzitter BMK: “De PO-Raad slaat de spijker hier op zijn kop; laat de politiek eerst maar eens de administratieve rompslomp verminderen rond kinderopvangtoeslag waar ouders nu mee geconfronteerd worden. De angst onder ouders voor terugvorderingen met alle risico’s van dien is groot. Veel ouders zijn bang geworden door de toeslagenaffaire en dit is een belangrijke reden voor veel ouders om niet mee te doen. In tegenstelling tot de leerplicht, die speelt hierin geen rol want draagt niet bij aan het voorkomen van achterstanden. Bovendien gaat 97% van de 4-jarigen al naar de basisschool.”
Kinderopvang voor alle kinderen, ook als ouders niet werken
De kinderopvang- én onderwijssector pleiten allebei voor ‘breed toegankelijke kinderopvang’. Ofwel kinderopvang die ook toegankelijk is voor kinderen als een ouder niet werkt. Het demissionair kabinet en de formerende partijen kunnen hiermee aan de slag door de zogenaamde arbeidseis voor vergoeding van de kinderopvang te laten vervallen. Alle kinderen, met of zonder werkende ouders, kunnen dan naar de voorschool. Daar leren ze samen spelen en wordt hun ontwikkeling begeleid door geschoolde professionals, met extra aandacht voor de kinderen die dit nodig hebben. Daarmee kunnen achterstanden al voor het vierde levensjaar worden gesignaleerd én voorkomen. “Breed toegankelijke kinderopvang is een effectievere oplossing dan het verlagen van de leerplicht”, vindt de BMK.